vrijdag 8 maart 2019

Omgaan met risico


“Ja maar, hoevéél risico’s kun je dan aan? En wie loopt er eigenlijk risico?” Deze vragen stelde een lezer van de vorige Security (b)log, die over risk appetite oftewel risicobereidheid ging. In die blog legde ik uit hoe we deze materie vaktechnisch benaderen. Maar die lezer heeft kennelijk behoefte aan een meer filosofische benadering van het vraagstuk. Ik zet voor de gelegenheid mijn bèta-pet af en probeer hoe een gamma-petje mij staat.

De vaktechnische aanpak kwam erop neer dat je de kans op een bepaalde gebeurtenis in een diagram (de heatmap) uitzet tegen de gevolgen die het daadwerkelijk plaatsvinden van die gebeurtenis heeft (“het manifest worden van de dreiging” noemen we dat als we sjiek willen doen). De term ‘heatmap’ is interessant als je hem letterlijk neemt: hittekaart – hoeveel hitte voel je bij een bepaald risico? En wat vind je nog comfortabel? Als het in huis te warm wordt, dan zet je de thermostaat een graadje lager, en als je het buiten te warm hebt, dan zoek je de schaduw op; wordt het nog heter, dan duik je het zwembad in. Woon je ergens waar het structureel te warm voor je is, dan kun je overwegen om naar een koelere plek op aarde te verhuizen.

Risicomanagement kent vier opties om risico’s te behandelen: maatregelen treffen om de risico’s te verkleinen (“risico’s mitigeren” in sjiek-spraak), accepteren, vermijden en verzekeren. In bovenstaand voorbeeld (waarin het risico oververhitting is) zijn het draaien aan de thermostaat, het opzoeken van de schaduw en de plons in het zwembad voorbeelden van mitigerende maatregelen. Ga je verhuizen, dan vermijd je het risico. Je kunt ook in een hoekje gaan zitten zweten, dan accepteer je het risico – en ga je ervan uit dat je, mocht je daadwerkelijk oververhit raken, de schade kunt beperken en herstellen (dat is een belangrijk uitgangspunt bij risicoacceptatie!). Je kunt je niet verzekeren tegen oververhitting. De ziektekostenverzekering dekt alleen het risico dat je failliet gaat door medische kosten die hoger zijn dan je zelf kunt dragen.

Tegen sommige risico’s kun je je dus niet verzekeren, al zijn wij Nederlanders wel wereldkampioen verzekeren. Je kunt geen fiets, mobieltje of bril meer kopen zonder dat daar een verzekering bij wordt aangeboden. Vraag je je wel eens af of het niet goedkoper is om je níet te verzekeren? Hoe groot is de kans dat je fiets wordt gestolen als je haar alleen thuis, achter het hek van je kantoor en in bewaakte fietsenstallingen stalt? Hoe duur was je mobieltje en na hoeveel maanden uitgespaarde verzekeringspremie heb je het geld voor een nieuw exemplaar bij elkaar gespaard? Iets spannender: durf je een hoger eigen risico op je ziektekostenverzekering te nemen? Historische gegevens spelen daarbij uiteraard een rol: maak je jaar in jaar uit hoge kosten, dan ben je per saldo goedkoper uit met een hogere premie. Ben je zo gezond als een vis, dan kun je hopen dat dat zo blijft én je kunt redeneren dat de premie, die je uitspaart door het extra eigen risico, de kosten dekt die je misschien (!) in een bepaald jaar moet maken als toch je een keer pech hebt. Je kunt ook vooruitkijken: zegt de tandarts dat je over een tijdje aan een kroon toe bent, dan kun je ervoor kiezen om dán wel tandartskosten mee te verzekeren.

Hoeveel risico’s je aankunt is dus, behalve de uitkomst van een koele rekensom met een heatmap, ook – en misschien vooral – een kwestie van gevoel, én van inzicht in je situatie. Als je gewoon bang bent voor gebeurtenissen die je schade kunnen berokkenen, of als je weinig geld of andere resources hebt om ontstane schade te herstellen, dan zul je je tamelijk risicomijdend opstellen. Mensen met een yolo-mentaliteit (you only live once) zullen juist meer en hogere risico’s nemen. Overigens doen die mensen er wel goed aan om toch ook met een schuin oog naar hun portemonnee te kijken.

Dan nog de vraag wie er eigenlijk risico loopt. Nou, primair natuurlijk degene die met de gebakken peren zit als het misgaat. Op het gebied van informatiebeveiliging hebben we het dan bijvoorbeeld over een gegevenseigenaar wiens gegevens foetsie zijn, of uitgelekt. Die eigenaar moet kosten maken om terug te kunnen keren naar de correcte situatie en om zijn imago te herstellen. Secundair kunnen ook derden risico lopen, bijvoorbeeld de mensen waarvan gegevens kunnen uitlekken doordat een bedrijf, waarmee zij zaken doen, zijn beveiliging niet op orde heeft of er een losse privacy-moraal op nahoudt. Deze (potentiële) slachtoffers kunnen zelf amper mitigerende maatregelen treffen. Zij kunnen het risico accepteren of vermijden. In die laatste categorie zie je de laatste tijd steeds meer mensen afscheid nemen van diensten van Facebook en Google. Hoewel ook dat natuurlijk weer risico’s met zich meebrengt…

En in de grote boze buitenwereld …


... maakt Facebook misbruik van het telefoonnummer dat je aan hen gaf voor beveiligingsdoeleinden.

... belooft Facebook (weer eens) beterschap. Ze gaan zelfs focussen op privacy!

... mogen cookiemuren op websites je niet tegenhouden.

... is dat cookie-standpunt van de AP in juridische kringen omstreden.

... probeerde men ook al in vroeger tijden om communicatie te beveiligen.

... moet je tegenwoordig nadenken over de beveiliging van je slimme huis.

... mag je niet naïef zijn als het om digitale spionage gaat.

... vinden veel bedrijven beveiliging voor mobiele apparaten moeilijk.

... bewegen hackers juist langzaam weg van telefoons.

... is jouw random wachtwoord misschien toch niet zo uniek als je dacht.

... heeft de politie twee mannen aangehouden voor een hack op een Apeldoornse mbo-school.

... hebben cybercriminelen het gemunt op jonge gamers.

... is het nog niet zo gemakkelijk om een betrouwbaar VPN te vinden.

... geven oude navigatiesystemen binnenkort verkeerde informatie.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten