Afbeelding gegenereerd door ChatGPT |
Apeldoorn,
vrijdag 4 oktober 2024, 18.22 uur: bij
70 duizend huishoudens ploft een mailbom op de mat: het drinkwater is besmet
met de e.coli-bacterie (in de krant liefdevol de ‘poepbacterie’ genoemd), u
dient het water drie minuten te koken alvorens het te drinken. Ook voor
tandenpoetsen en het wassen van groente moet je afgekookt water gebruiken.
De
bevolking spoedt zich acuut en massaal naar de supermarkt om flessenwater in te
slaan. De nood is hoog – in één supermarkt gaan mensen zelfs op de vuist voor
de laatste paar flessen. We zien beelden die we kennen uit verre landen, met
mensen die winkelkarretjes voortduwen die maximaal zijn gevuld. Aan het einde van de avond is dan ook nergens
meer een fles te koop. Er wordt nog net niet geplunderd. Een winkelier vertelt
in de krant hoe snel het water over de toonbank ging, en dat hij voor de
volgende dag niet de gebruikelijke duizend liter, maar tien keer zoveel heeft
besteld. De plaatselijke persfotograaf legt een auto vast waarvan de
bagageruimte volledig is gevuld met waterflesjes. Ik heb ze geteld: er ligt
rond de 140 liter water in die auto.
En
wij? Wij bleven rustig thuis zitten. Want enerzijds vertrouwen wij erop dat als
het waterleidingbedrijf zegt dat een paar minuten koken afdoende is, dat ook
echt zo is, en anderzijds hebben wij al jaren een noodvoorraad drinkwater,
precies voor dit soort gevallen. En we letten op de houdbaarheidsdatum, zodat
het water tijdig ververst wordt (wat niet wegneemt dat het toch een beetje muf
smaakt). En zo zijn er nog meer spullen die je maar beter in huis hebt voor als
er eens iets raars aan de hand is. Een voorraadje voedsel ligt natuurlijk voor
de hand; bedenk daarbij dat je misschien geen gas of elektriciteit hebt om het
te bereiden en dat je het dus koud moet kunnen eten. Oplaadbare lampen zijn
alleen leuk zolang er stroom is – lampen die (ook) op batterijen werken zijn
beter, mits je voldoende volle batterijen in huis hebt. Een radio op batterijen
is handig om op de hoogte te blijven van de voortgang van de misère.
In de
ICT is dit het vakgebied van Business Continuity Management. BCM’ers regelen
onder andere dat áls het een keer misgaat, áls onze ICT wordt getroffen door
een calamiteit, de gevolgen beperkt blijven en we weer zo snel mogelijk terug
zijn bij normaal. Dat doen ze door erop toe te zien dat teams, die
verantwoordelijk zijn voor het in de lucht houden van ICT-diensten, optimaal
voorbereid zijn op eventualiteiten. Er liggen plannen klaar en die plannen
worden getest. En voor grote, ingrijpende gebeurtenissen trainen ze het
crisismanagementteam, zodat ook deze mensen weten wat ze te doen staat als de
dingen een keer heel anders lopen dan de bedoeling is.
Zoals
het voorbeeld van de watersnood in Apeldoorn en de omliggende dorpen aangeeft,
is het ook handig om thuis iets aan BCM te doen (al zou ik het dan misschien eerder
HCM noemen: Home Continuity Management). Hierboven gaf ik al een aanzet tot een
boodschappenlijstje; op de overheidswebsite denkvooruit.nl vind je nog meer
informatie. Daar lees je bijvoorbeeld dat het ook handig is om wat contant geld
in huis te hebben. Want bij een massale uitval van elektriciteit of
netwerkverbindingen kun je ook niet meer pinnen, en de geldautomaat zal ook
zijn sorry-scherm tonen. Dan ben je blij als je calamiteitencontanten in huis
hebt en wél boodschappen kunt doen.
Maar
dan niet gelijk gaan hamsteren hè. Hier bij ons moest de burgemeester eraan te
pas komen om de bevolking op te roepen om niet te pakken wat je pakken kunt en
rekening met elkaar te houden – gun de ander ook wat, was de boodschap. Ik
moest terugdenken aan dat filmpje uit de coronatijd, waarin een schaterende
heftruckchauffeur door een immens magazijn reed dat tot de nok toe was gevuld
met wc-papier. Dat was toen het product waarvan we opeens vreesden dat het op
zou raken. De run op water in Apeldoorn is nog opmerkelijker omdat het een
lokaal probleem is. Overigens zijn heel wat mensen al naar omliggende steden
uitgeweken om aan water te komen.
Terwijl
water koken een prima alternatief is. Toegegeven, het is een beetje lastig. Ik
ben zo gewend om mijn theewater uit de kokendwaterkraan te tappen, dat ik
vanochtend straal langs de gevulde thermosfles keek en mijn mok onder de kraan
vulde en pas toen de thee klaar was besefte dat ik fout zat. Voor het
tandenpoetsen hebben we een fles water in de badkamer staan, gewoon omdat dat
handiger is. Gekookt water moet nu eenmaal eerst afkoelen voordat je het voor
dergelijke toepassingen kunt gebruiken.
Ondertussen
is de waterleidingmaatschappij druk bezig om vier waterreservoirs, die elk drie
miljoen liter water bevatten, te inspecteren. Daarvoor moeten ze leeg, maar dat
kan niet allemaal tegelijk omdat er dan geen water meer uit de kraan komt. Dat
is de reden waarom het zo lang duurt – in ieder geval tot en met de 14e
moeten we ons kraanwater wantrouwen. Vandaag (vrijdag) krijgen we weer een
update. Hopelijk met goed nieuws. En ik ben ook wel benieuwd naar de oorzaak. Ondertussen
heb ik mijn dagelijkse appel zojuist maar met een velletje keukenrol afgeveegd
in plaats van hem onder de kraan te wassen. Ach ja, die kleine ongemakken.
En in de grote boze buitenwereld …
- is een Amerikaanse waterleidingmaatschappij gehackt.
- heeft de Nederlandse politie een beheerder van een drugsmarkt op het darkweb gearresteerd.
- kun je natuurlijk ook air-gapped computers hacken.
- geldt in Australië een meldplicht voor het betalen van losgeld bij een ransomware-aanval.
- zijn bij de grote politiehack ook privégegevens en foto’s van enkele politiemensen buitgemaakt.
- proberen cybercriminelen de spaarpunten van sporters te stelen.
- zijn de data van 31 miljoen gebruikers van The Internet Archive gestolen.
- hebben de Chinezen de tapkamers van Amerikaanse telecombedrijven gehackt.
- denken de meeste ambtenaren dat ze cybersecurity wel snappen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten