We blijven nog even op Kreta, want daar was veel te beleven. Dat begon
al meteen na aankomst op het vliegveld van Heraklion. Meestal heeft een
reisbureau een bus geregeld voor de transfer naar het hotel, maar omdat er
tijdens de boeking wat dingen misgingen, had het reisbureau als goedmakertje
een privétransfer voor ons geregeld. Het was even zoeken, maar uiteindelijk
vonden we buiten de aankomsthal een man die een minitablet vasthield waar mijn
naam in koeienletters op stond.
Al gauw werd duidelijk dat deze chauffeur een prater was. Het
belangrijkste gespreksonderwerp was de werkdruk van de transferchauffeurs.
Gedurende het toeristenseizoen maken die mensen enorm lange dagen, met tussen
twee diensten slechts een paar uurtjes tijd om te slapen. Een collega van onze
chauffeur was een keer tijdens een dienst
zó moe, dat hij zijn klant verzocht om zelf achter het stuur te gaan
zitten. Ondertussen zien de bazen van de chauffeurs alleen klanten die vervoerd
moeten worden en auto’s die beschikbaar zijn – niet de mens achter het stuur en
zijn fysieke behoeftes.
Aan het einde van de vakantie werden we door dezelfde chauffeur
opgehaald. Wederom was de werkdruk een belangrijk gespreksonderwerp, maar al
dat rijden – zo’n tweehonderdduizend kilometer per seizoen! – leverde wel enorm
veel ervaring op. Onze chauffeur raakte maar niet uitgepraat over zijn
rijkwaliteiten. Hij zou de weg zelfs geblinddoekt vinden, kende elke bocht,
wist waar je veilig kon inhalen en waar de flitskasten stonden. Ook pochte hij
over zijn grote aandacht voor veiligheid. Hij was de koning van de weg – “You
can call me King Nassos”.
Ondertussen hadden wij toch een iets andere beleving bij zijn rijgedrag.
Nassos had zijn handen alleen aan het stuur als dat nodig was om de rijrichting
van zijn Skoda te beïnvloeden. De rest van de tijd gebruikte hij ze om zijn
woorden kracht bij te zetten, en soms, als hij naar mij luisterde, lagen ze
gewoon in zijn schoot. Ondertussen lag de snelheid ruim boven de waardes die de
borden aangaven en de afstand tot voorliggers ruim onder wat mij veilig leek –
en we zijn wat dat betreft best iets gewend in Nederland. Het zien van een geit
op de rijbaan droeg ook al niet bij aan het gevoel van veiligheid, vooral niet
nadat Nassos vertelde dat er ook zwarte exemplaren zijn, die in het donker nog
wel eens worden aangereden. Dat komt hard aan als je 80 km/h of nog harder
rijdt. En oh ja, op onze heenweg was het pikkedonker en op de terugweg
schemerde het. Maar gelukkig reed hij altijd ‘Europese stijl’ als hij gasten
vervoerde. Alleen als hij alleen was, reed hij ‘Griekse stijl’.
Zelfoverschatting en chronische vermoeidheid vormen een gevaarlijke
cocktail. Niet alleen in het wegverkeer, maar ook achter de computer.
Toegegeven, er zijn slechts weinig mensen dodelijk verongelukt door op een
onbewaakt moment op een verkeerde link te klikken. Toch kan een vals gevoel van
veiligheid grote gevolgen hebben. Zo dacht iemand bij Transavia twee jaar
geleden dat een wachtwoord à la ‘123456’ goed genoeg was. Gevolg:
persoonsgegevens van tienduizenden klanten gelekt, en daarom nu een boete van
vier ton van de Autoriteit Persoonsgegevens. En het zou me niet verbazen als de
ransomware-aanval, die de MediaMarkt momenteel in z’n greep houdt, eveneens te
herleiden is tot de een of andere onachtzaamheid bij een beheerder of
gebruiker. De criminelen hebben een prijskaartje van vijftig miljoen aan deze
gijzeling gehangen. Ik denk dat iemand bij MM ijverig aan het uitrekenen is
hoeveel omzet ze door deze aanval missen en of het niet goedkoper is om het
losgeld te betalen (vaak valt over de hoogte daarvan nog te onderhandelen).
Daar waar het in de auto verstandig is om beide handen aan het stuur te houden,
is het achter de computer soms wijs om toetsenbord en muis even los te laten en
een paar tellen extra na te denken. En daarbij een nederige houding aan te
nemen: veel internetcriminelen zijn slimmer, uitgekookter en gehaaider dan jij
en ik.
Nassos wist ons zonder ook maar één echt gevaarlijke situatie op het
vliegveld te krijgen; hij hoefde nooit hard te remmen of uit te wijken. Bij
zijn koningschap hoorde ook het één zijn met zijn voertuig en precies te weten
wat de auto aankon. Hij wist dus ook dat hij vrij kansloos zou zijn als hij,
met in totaal vijf personen in de auto, een moeilijke manoeuvre zou moeten
uitvoeren, en daar hield hij, op zijn eigen wijze, rekening mee. Ik naam
afscheid van hem met de welgemeende woorden: “Thank you, King Nassos. Keep it
safe.”
En in de grote boze buitenwereld …
- zijn bij de MediaMarkt geen klantgegevens gestolen.
- wil een Amerikaans wetsvoorstel losgeldbetalingen maximeren op een ton.
- is de VDL Groep een maand na de ransomware-aanval weer volledig up and running.
- deelt de Chrome-browser op Android-apparaten standaard gegevens van de bewegingssensoren met alle sites die je bezoekt.
- gebruiken criminelen sms als opmaat voor een frauduleus telefoongesprek.
- wordt de Taiwanese overheid zo’n vijf miljoen keer per dag digitaal lastiggevallen.
- gebruiken criminelen welbekende platforms als LinkedIn als dekmantel voor hun louche spelletjes.
- ligt je cv misschien wel op straat.
- gebruiken criminelen steeds vaker bitcoin-automaten en QR-codes om hun slachtoffers geld af te troggelen.
- worden html-pagina’s gebruikt om kwaadaardige code te smokkelen.
- zijn onze bruggen en rioleringssystemen niet “op grote schaal” kwetsbaar.
- zijn de versleutelde back-ups van WhatsApp niet waterdicht.
- stuitte booking.com op een Amerikaanse spion in hun systemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten