vrijdag 11 juli 2025

Zoals het klokje thuis tikt

Afbeelding via Pixabay

Mijn opa en oma hadden, in het diepe Zuid-Limburg, een Friese staartklok aan de muur hangen. In hetzelfde dorp hing precies dezelfde klok bij mijn schoonouders. Onlangs deed mijn vrouw een interessante onthulling over hun exemplaar.

De tijd schreed volgens die klok langzamer voort dan in werkelijkheid. Ze hadden haar al eens naar een klokkenmaker in België gebracht. Een schoonmaakbeurt bracht geen soelaas. Toen verklapte iemand hen een speciaal trucje. Hij zei dat de klok waarschijnlijk een tikkeltje scheef wilde hangen. Dat bleek inderdaad te kloppen. Maar het uit het lood brengen ervan was millimeterwerk. Er gingen weken overheen voordat de juiste stand was gevonden. Andere klokken in huis dienden daarbij als referentiebron.

Ik heb een moderne bureaulamp met ingebouwde digitale klok. Mijn natuurkundedocent legde ooit uit dat elektrische klokken altijd de juiste tijd aangeven, omdat ze – als ik het goed onthouden heb – met de frequentie van de wisselspanning (50 Hertz) meetikken. Zo niet mijn bureaulampklok. Die moet ik om de paar weken opnieuw instellen. Gewoonlijk doe ik dat als zij twee minuten voorloopt, want dan wordt het mij te gortig. Ik verbaas mij dan telkens erover dat er anno 2025 nog klokken bestaan die het niet zo nauw nemen met de tijd.

Al deze klokken, die zich minder goed van hun taak kwijten, moet je interpreteren. “Oh ja, het is die klok, dus het zal in werkelijkheid iets vroeger/later zijn.” Bij klokken in andermans huis weet je dat vaak niet. Dan denk je misschien dat je toch al te laat bent voor de trein naar huis, terwijl je die nog gewoon had kunnen halen.

Interpreteren, dat doen we ook met beveiligingsbeleid. Als security officer krijg je vaak vragen in de trant van: iemand heeft zus of zo gedaan, mag dat eigenlijk wel? Het antwoord op die vraag staat slechts zelden letterlijk in een beleidsdocument. Je moet zo’n document dan als het ware een beetje scheef houden om de juiste informatie eruit te halen. We vinden dan altijd wel een of meerdere regels die van toepassing blijken te zijn op de aangekaarte situatie. Soms moet je het ook wíllen zien. Daarvoor gebruiken we professional judgement: je bent niet voor niets security officer, en als jij zegt dat iets wel of niet kan, dan is dat ook zo – jouw oordeel is gebaseerd op je professionaliteit.

Door de jaren heen heb ik een hele stoet aan collega’s zien langskomen waar het een of andere beveiligingssysteem over gepiept had. Zo’n melding leidt tot een beoordeling. Is het de moeite waard om hiervoor in actie te komen? Is het incident ernstig genoeg? Of is het meteen al duidelijk dat het om een per-ongelukje gaat en dat de gebruiker geen kwade bedoelingen had? Vooral dat laatste vind ik interessant: als het een melding betreft over iets waar iets kwaadaardigs achter zou kúnnen zitten, dan heb je mijn aandacht en mag je een onderhoud met je leidinggevende tegemoetzien. Die kent jou beter dan ik en heeft misschien nog andere puzzelstukjes, die samen het beeld schetsen van een doorgaans voorbeeldige werknemer – of juist niet.

In al die tijd heeft nog nooit iemand het in zijn hoofd gehaald om te vragen: en waar staat dan dat dat niet mag? Nee, ze voelen zich betrapt, zeggen sorry en beloven nooit meer zoiets stoms te doen. Want ik heb gelukkig ook maar zelden meegemaakt dat iemand kwade bedoelingen had. Meestal zijn dat soort incidenten het gevolg van goedbedoelde acties die helaas in strijd zijn met het beleid. Iedereen behoort de wet te kennen, zegt de wet, maar de praktijk zit iets anders in elkaar. We helpen ze graag om weer binnen de lijntjes te kleuren.

Mijn oma had een bijzonder tijdbeleid. Ze zette de klok tien minuten vooruit. Als ze dan ergens heen moest, was er altijd de geruststelling dat ze eigenlijk al weg had moeten zijn, maar dat ze gelukkig nog wat extra tijd had. Ik vond dat altijd net zo raar als klokken die zelf besluiten om een andere dan de juiste tijd weer te geven.

 

En in de grote boze buitenwereld …

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten